[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Het bericht ‘Nederland is een ontbossingsland’

Schriftelijke vragen

Nummer: 2025D47083, datum: 2025-11-18, bijgewerkt: 2025-11-19 14:23, versie: 2 (versie 1)

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2025Z19984).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2025Z19984:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2025-2026 Vragen gesteld door de leden der Kamer

2025Z19984

Vragen van het lid Teunissen (PvdD) aan de Ministers van Klimaat en Groene Groei, van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, van Financiën, en van Buitenlandse Zaken over over het bericht «Nederland is een ontbossingsland» (ingezonden 18 november 2025).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht «Nederland is een ontbossingsland»?1

Vraag 2

Herkent u het in het artikel geschetste beeld dat Nederland via de financiële sector, zeehavens en consumptiepatronen in aanzienlijke mate bijdraagt aan wereldwijde ontbossing?

Vraag 3

Kunt u aangeven in welke mate Nederlandse financiële instellingen, waaronder banken en pensioenfondsen, nog steeds investeren in bedrijven of projecten met een aantoonbaar ontbossingsrisico?

Vraag 4

Bent u bekend met het rapport Banking on Biodiversity Collapse 2025, waarin de Rabobank op de achtste plaats wereldwijd wordt genoemd onder financiële instellingen met de hoogste ontbossingsrisico’s? Kunt u toelichten wat uw oordeel is over de bevindingen van dit rapport?

Vraag 5

Acht u de huidige beleidsinstrumenten en wettelijke verplichtingen voor Nederlandse financiële instellingen om investeringen met ontbossings- of biodiversiteitsrisico’s te vermijden toereikend?

Vraag 6

Acht u het in het artikel vermelde bedrag van 5 miljoen euro dat Nederland zal bijdragen aan de Tropical Forest Forever Facility in verhouding tot de omvang van de Nederlandse betrokkenheid bij internationale handelsstromen van producten die gerelateerd zijn aan ontbossing, zoals palmolie, soja en cacao? Overweegt u deze financiële bijdrage te verhogen?

Vraag 7

Hoe beoordeelt u de stand van zaken rondom de Europese Ontbossingsverordening en de rol die Nederland vervult bij de implementatie daarvan binnen de Europese Unie?

Vraag 8

Op welke wijze zal toezicht worden gehouden op de naleving van de Ontbossingsverordening in Nederland, in het bijzonder bij importerende bedrijven die grondstoffen of producten verhandelen uit gebieden met een risico op ontbossing?

Vraag 9

Kunt u toelichten hoe de uitvoering van deze Europese verordening wordt ingebed in het nationale klimaat- en natuurbeleid?

Vraag 10

Hoe ondersteunt Nederland via internationaal beleid en ontwikkelingssamenwerking de bescherming van landrechten van inheemse gemeenschappen in tropische bosgebieden?

Vraag 11

Op welke wijze stimuleert u bewustwording bij Nederlandse consumenten over de relatie tussen hun koopgedrag en mondiale ontbossing, en welke instrumenten zet u in om duurzaam consumptiegedrag te bevorderen?